2 Kronieken 20:10

SVEn nu, zie de kinderen Ammons, en Moab, en die van het gebergte Seir, door dewelken Gij Israel niet toeliet te trekken, als zij uit Egypteland togen, maar zij weken van hen, en verdelgden hen niet;
WLCוְעַתָּ֡ה הִנֵּה֩ בְנֵֽי־עַמֹּ֨ון וּמֹואָ֜ב וְהַר־שֵׂעִ֗יר אֲ֠שֶׁר לֹֽא־נָתַ֤תָּה לְיִשְׂרָאֵל֙ לָבֹ֣וא בָהֶ֔ם בְּבֹאָ֖ם מֵאֶ֣רֶץ מִצְרָ֑יִם כִּ֛י סָ֥רוּ מֵעֲלֵיהֶ֖ם וְלֹ֥א הִשְׁמִידֽוּם׃
Trans.wə‘atâ hinnēh ḇənê-‘ammwōn ûmwō’āḇ wəhar-śē‘îr ’ăšer lō’-nāṯatâ ləyiśərā’ēl lāḇwō’ ḇâem bəḇō’ām mē’ereṣ miṣərāyim kî sārû mē‘ălêhem wəlō’ hišəmîḏûm:

Algemeen

Zie ook: Egypte, Moab, Seir

Aantekeningen

En nu, zie de kinderen Ammons, en Moab, en die van het gebergte Seir, door dewelken Gij Israël niet toeliet te trekken, als zij uit Egypteland togen, maar zij weken van hen, en verdelgden hen niet;


Vertaalnotities

Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
    Zie hier over het gebruik van de interlineair.

וְ

-

עַתָּ֡ה

En nu

הִנֵּה֩

zie

בְנֵֽי־

de kinderen

עַמּ֨וֹן

Ammons

וּ

-

מוֹאָ֜ב

en Moab

וְ

-

הַר־

en die van het gebergte

שֵׂעִ֗יר

Seïr

אֲ֠שֶׁר

door dewelken

לֹֽא־

niet

נָתַ֤תָּה

toeliet

לְ

-

יִשְׂרָאֵל֙

Gij Israël

לָ

-

ב֣וֹא

te trekken

בָ

-

הֶ֔ם

-

בְּ

-

בֹאָ֖ם

togen

מֵ

-

אֶ֣רֶץ

Egypteland

מִצְרָ֑יִם

-

כִּ֛י

maar

סָ֥רוּ

zij weken

מֵ

-

עֲלֵיהֶ֖ם

-

וְ

-

לֹ֥א

hen niet

הִשְׁמִידֽוּם

hen, en verdelgden


En nu, zie de kinderen Ammons, en Moab, en die van het gebergte Seir, door dewelken Gij Israel niet toeliet te trekken, als zij uit Egypteland togen, maar zij weken van hen, en verdelgden hen niet;


Koop nu

Commentaar

Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!