SV | En nu, zie de kinderen Ammons, en Moab, en die van het gebergte Seir, door dewelken Gij Israel niet toeliet te trekken, als zij uit Egypteland togen, maar zij weken van hen, en verdelgden hen niet; |
WLC | וְעַתָּ֡ה הִנֵּה֩ בְנֵֽי־עַמֹּ֨ון וּמֹואָ֜ב וְהַר־שֵׂעִ֗יר אֲ֠שֶׁר לֹֽא־נָתַ֤תָּה לְיִשְׂרָאֵל֙ לָבֹ֣וא בָהֶ֔ם בְּבֹאָ֖ם מֵאֶ֣רֶץ מִצְרָ֑יִם כִּ֛י סָ֥רוּ מֵעֲלֵיהֶ֖ם וְלֹ֥א הִשְׁמִידֽוּם׃ |
Trans. | wə‘atâ hinnēh ḇənê-‘ammwōn ûmwō’āḇ wəhar-śē‘îr ’ăšer lō’-nāṯatâ ləyiśərā’ēl lāḇwō’ ḇâem bəḇō’ām mē’ereṣ miṣərāyim kî sārû mē‘ălêhem wəlō’ hišəmîḏûm: |
En nu, zie de kinderen Ammons, en Moab, en die van het gebergte Seir, door dewelken Gij Israël niet toeliet te trekken, als zij uit Egypteland togen, maar zij weken van hen, en verdelgden hen niet;
Zie hier voor een verklaring van de gebruikte coderingen.
Zie hier over het gebruik van de interlineair.
|
En nu, zie de kinderen Ammons, en Moab, en die van het gebergte Seir, door dewelken Gij Israel niet toeliet te trekken, als zij uit Egypteland togen, maar zij weken van hen, en verdelgden hen niet;
Zie de huisregels welk commentaar wordt opgenomen!